Terug
Gepubliceerd op 06/07/2021

Besluit  OCMW raad

di 29/06/2021 - 20:00

Wijziging gezamenlijke rechtspositieregeling gemeente- en OCMW

Aanwezig: Hugo Simoens, Voorzitter
Theo Francken, Burgemeester
Paul Duerinckx, Davy Suffeleers, Geert Bovyn, An Wouters, Schepenen
Pieter Verheyden, Raf De Canck, Tom De Winter - Pieters, Jolien Vissers, Ellen Lammens, Jo Pierson, Liesbeth Smeyers, Sarah Delanoeije, Fons Creuwels, Rina Robben, Pascale Alaerts, Ivan Vanderzeypen, Gilberte Muls, Walter Vangoidsenhoven, Jeroen Verbinnen, Benny Van Goethem, Leden
Klaas Gutschoven, Algemeen directeur
Verontschuldigd: Tania Roskams, Derde schepen
FEITEN EN CONTEXT

Het decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 voorziet in een integratie van gemeente en OCMW met behoud van rechtspersonen. Naar aanleiding van deze bepaling is de rechtspositieregeling in 2018 aangepast, met name om te komen tot een gezamenlijke rechtspositieregeling voor gemeente en OCMW. De nieuwe regeling is goedgekeurd door de gemeenteraad op 30 mei 2018, en door de OCMW-raad op 21 juni 2018.

JURIDISCHE GRONDEN
  • Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, en met name:
    • artikel 171 - §4. 2° De algemeen directeur zorgt in overleg met het managementteam voor de opmaak van het voorontwerp van de rechtspositieregeling van het personeel.
    • artikel 186. §1. De gemeenteraad stelt de rechtspositieregeling van het gemeentepersoneel vast. De rechtspositieregeling van het gemeentepersoneel is van rechtswege van toepassing op het personeelslid van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn dat de gemeente bedient en dat een betrekking bekleedt die ook bestaat bij de gemeente.
      §2. De raad voor maatschappelijk welzijn stelt de rechtspositieregeling vast voor:
      1° het specifiek personeel, waaronder wordt verstaan het personeel dat een betrekking bekleedt die niet bestaat in de gemeente die het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn bedient;
      2° de maatschappelijk werker, vermeld in artikel 183, §1.

 

  • Het Besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2007 houdende de minimale bepalingen voor de personeelsformatie, de rechtspositieregeling en het mandaatstelsel van het gemeentepersoneel en het provinciepersoneel en houdende enkele bepalingen betreffende de rechtspositie van de secretaris en de ontvanger van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.
  • Het Besluit van de Vlaamse Regering van 23 november 2012 tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2007 houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie, de rechtspositieregeling en het mandaatstelsel van het gemeentepersoneel en het provinciepersoneel en houdende enkele bepalingen betreffende de rechtspositie van de secretaris en de ontvanger van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 12 november 2010 houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie en het mandaatstelsel van het personeel van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en houdende de minimale voorwaarden voor sommige aspecten van de rechtspositieregeling van bepaalde personeelsgroepen van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.
  • De Wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel.
  • Het KB van 28 september 1984 tot uitvoering van de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel.
  • De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van de bestuurshandelingen op besluiten van provinciale en gemeentelijke overheden en OCMW's.
ARGUMENTATIE

Deze wijzigingen dienen goedgekeurd te worden zodat de rechtspositieregeling in overeenstemming is met het decreet lokaal bestuur en alle aanvullende bepalingen.

Elke aanwerving gaat gepaard met een open, externe bekendmaking. De bekendmaking van de vacature is een wervende activiteit waarbij het eerste contact met potentiële kandidaten gelegd wordt. Het verslag aan de Vlaamse Regering verduidelijkt bij artikel 14 van het BVR rechtspositieregeling gemeente- en provinciepersoneel van 7 december 2007 de regels met betrekking tot bekendmaking en informatie. Niets belet dat personen die na een spontane sollicitatie opgenomen werden in een sollicitantenbestand, geïnformeerd worden over vacatures. Uitsluitend die kandidaten informeren over vacatures komt echter niet tegemoet aan het respect voor het gelijkheidsbeginsel.

Voor bepaalde aanwervingen bieden artikel 25, 26 en 27 van het besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2007 een grondslag voor de vaststelling van een specifieke aanwervingsprocedure in contractuele betrekkingen (vervangingen, betrekkingen in tewerkstellingsmaatregelen, aanstellingen voor de duur van één of twee jaar). Dat verschil in procedure kan ook tot uiting komen in een andere werkwijze bij de bekendmaking van vacatures. Er wordt aan de raad gevraagd om goedkeuring te verlenen aan een aanpassing van de rechtspositieregeling om voor contractuele betrekkingen van bepaalde duur een specifieke aanwervingsprocedure te voorzien die erin bestaat dat beroep gedaan wordt op het intern sollicitantenbestand. Dringende vervangingen of knelpuntberoepen kunnen op die manier vlotter ingevuld worden om de continuïteit van de dienstverlening te garanderen.

Meer bepaald wordt aan de raad gevraagd om de volgende wijzigingen aan artikel 32 en 33 van de rechtspositieregeling goed te keuren:

 

Artikel 32
Voor de aanwerving en selectie in:
1. contractuele betrekkingen die ingesteld worden ter uitvoering van werkgelegenheidsmaatregelen van de hogere overheden
2. tijdelijke vervanging van afwezige personeelsleden
3. contractuele betrekkingen, al dan niet in een tewerkstellingsmaatregel van de hogere overheid, waarvan de tewerkstellingsduur maximum 2 jaar bedraagt
gelden de bepalingen van artikel 33.
Artikel 33
Paragraaf 1
De aanstellende overheid kan aan volgende personeelscategorieën een overeenkomst zoals bedoeld in artikel 32 aanbieden:
- personeelsleden aangesteld in statutair of contractueel dienstverband die op het moment van de aanstelling niet voltijds tewerkgesteld zijn, op voorwaarde dat hun totale tewerkstelling bij het bestuur niet meer dan 38 uur bedraagt en dat de taakinhoud en het profiel van beide functies overeenstemmen;
- personeelsleden wiens overeenkomst op korte termijn afloopt of recent afgelopen is, op voorwaarde dat de taakinhoud en het profiel van beide functies overeenstemmen;
- stagiairs die het afgelopen jaar werkzaam zijn geweest binnen het bestuur.
Paragraaf 2
Indien paragraaf 1 niet van toepassing is, en er een lopende wervingsreserve voor de functie bestaat, put de aanstellende overheid uit deze wervingsreserve.
De kandidaten worden voor de aanstelling geraadpleegd volgens de principes van artikel 17 en tegen de voorwaarde dat ze op korte termijn beschikbaar zijn.
Paragraaf 3
Indien er geen wervingsreserve bestaat, geldt de volgende procedure:
- De aanstellende overheid doet een oproep tot kandidaten voor de vacatures voor die betrekkingen op minstens één van de volgende manieren :
o via contact met of raadpleging van een bestand van werkzoekenden van de VDAB of andere organisaties voor de begeleiding van werkzoekenden;
o via bekendmaking zoals voorzien in artikel 9 van deze rechtspositieregeling. In dit geval bevat het vacaturebericht de algemene en specifieke voorwaarden en het functieprofiel, en dienen de kandidaturen ingediend te worden binnen de door de aanstellende overheid bepaalde termijn;
o via raadpleging van het vrijwillig sollicitantenbestand.
- De aanstellende overheid nodigt de kandidaten uit die in aanmerking komen voor deelname aan de selectieprocedure;
- De selectie toetst de bekwaamheid van de kandidaten voor de functie. Ze wordt uitgevoerd door een selectiecommissie, die samengesteld is conform artikel 14 §1 van deze rechtspositieregeling, met uitzondering van 2 en 3.
- De selectie bestaat uit:
o een proef (interview of test) die de motivatie, de belangstelling en de inzetbaarheid bij de overheid van de kandidaten peilt;
o eventueel, een gevalstudie of competentieproef zoals gedefinieerd in artikel 18 van deze rechtspositieregeling;
o eventueel, een proef die de technische vaardigheden en de communicatievaardigheden toetst op het niveau van de functie.
- Na de selectie leveren de geschikt bevonden kandidaten de bewijsstukken dat ze voldoen aan de algemene toelatingsvoorwaarden en zo nodig, aan de specifieke voorwaarden.
De aanstellende overheid kiest een kandidaat uit de geschikt bevonden kandidaten die de gevraagde bewijsstukken bezorgd hebben, en dit volgens de principes van artikel 17

Protocol van het bijzonder onderhandelingscomité van 25 juni 2021 houdende de aangepaste versie van de rechtspositieregeling van het gemeente- en het OCMW-personeel (zie e-mail in de bijlage).

Goedgekeurd door het managementteam d.d. 22 juni 2021.

 





FINANCIEN

Geen financiële gevolgen.

Publieke stemming
Aanwezig: Hugo Simoens, Theo Francken, Paul Duerinckx, Davy Suffeleers, Geert Bovyn, An Wouters, Pieter Verheyden, Raf De Canck, Tom De Winter - Pieters, Jolien Vissers, Ellen Lammens, Jo Pierson, Liesbeth Smeyers, Sarah Delanoeije, Fons Creuwels, Rina Robben, Pascale Alaerts, Ivan Vanderzeypen, Gilberte Muls, Walter Vangoidsenhoven, Jeroen Verbinnen, Benny Van Goethem, Klaas Gutschoven
Voorstanders: Hugo Simoens, Theo Francken, Paul Duerinckx, Davy Suffeleers, Geert Bovyn, An Wouters, Pieter Verheyden, Raf De Canck, Tom De Winter - Pieters, Jolien Vissers, Ellen Lammens, Jo Pierson, Liesbeth Smeyers, Fons Creuwels, Rina Robben, Pascale Alaerts, Ivan Vanderzeypen, Gilberte Muls, Walter Vangoidsenhoven, Jeroen Verbinnen, Benny Van Goethem
Onthouders: Sarah Delanoeije
Resultaat: Met 21 stemmen voor, 1 onthouding
BESLUIT

Artikel 1. Keurt de wijzigingen aan artikel 32 en 33 van de rechtspositieregeling van het gemeente- en OCMW-personeel goed overeenkomstig de bijlage gevoegd bij dit besluit.

Art. 2. Brengt belanghebbenden op de hoogte van dit besluit.