Het lokaal bestuur heeft sinds 1 februari 2020, de inwerkingtreding van artikel 29 quater van de wet van 16 maart 1968 betreffende de politie over het wegverkeer, de mogelijkheid om de beperkte snelheidsovertredingen op de plaatsen waar de snelheid is gelimiteerd tot 30 of 50 km per uur via de gemeentelijke administratieve sancties te bestraffen;
Wanneer deze overtredingen voldoen aan de voorwaarden om via de gemeentelijke administratieve sancties te worden bestraft heeft dit de depenalisering ervan tot gevolg en is het openbaar ministerie niet meer bevoegd om deze snelheidsovertredingen strafrechtelijk af te handelen;
De mogelijkheid voor de gemeenteraad om administratieve geldboetes te bepalen voor beperkte snelheidsovertredingen en de daaraan gekoppelde depenalisering werd aan voorwaarden gekoppeld, meer bepaald kan de gemeenteraad alleen administratieve geldboetes bepalen voor het overschrijden van de toegelaten maximumsnelheid indien cumulatief voldaan is aan volgende voorwaarden:
Indien niet aan bovenstaande voorwaarden voldaan is, kan de sanctionerend ambtenaar niet optreden ten aanzien van de vastgestelde snelheidsovertredingen en de strafrechtelijke procedure blijft van toepassing.
Wanneer de sanctionerend ambtenaar tijdens de procedure vaststelt dat deze voorwaarden om een administratieve geldboete op te leggen niet vervuld zijn, brengt hij de vaststeller van de overtreding op de hoogte, zodat de strafrechtelijke procedure kan worden gevolgd.
De bedragen van de gemeentelijke administratieve geldboetes moeten overeenstemmen met de bedragen zoals vastgelegd door de Vlaamse Regering ter uitvoering van artikel 65, § 1, tweede lid van de wegverkeerswet.
Deze bedragen worden vastgelegd in artikel 2, 2° van het koninklijk besluit van 19 april 2014 betreffende de inning en de consignatie van een som bij de vaststelling van overtredingen inzake het wegverkeer.
Artikel 29quater van de wegverkeerswet voert een specifieke procedure in voor de gemeentelijke administratieve afhandeling van de beperkte snelheidsovertredingen, afwijkend van de reeds bestaande GAS-procedures die geënt zijn op de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties;
Bijgevolg wordt naast de huidige procedures voor de afhandeling van zuivere overlastinbreuken (GAS 1), de afhandeling van gemengde inbreuken (GAS 2 en 3), de afhandeling van inbreuken inzake stilstaan, parkeren en autoluw (GAS 4) er nu een vierde procedure (GAS 5) toegevoegd met volgende krachtlijnen:
Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse Regering;
De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen;
De wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties, in het bijzonder artikel 6§3;
De wet van 16 maart 1968 betreffende de politie over het wegverkeer, in het bijzonder artikel 29 quater;
Onaangepaste snelheid is een belangrijke oorzaak van verkeersonveiligheid en één van de hoofdoorzaken is van (dodelijke) verkeersongevallen. Het verzekeren van een duurzame en veilige verkeersmobiliteit, met daarin bijzondere aandacht voor de bescherming van de kwetsbare weggebruikers, vormt een absolute prioriteit voor de gemeente. Maximaal gebruik maken van de mogelijkheid om bepaalde snelheidsovertredingen op plaatsen waar de snelheid beperkt is tot 30 of 50 km per uur sanctioneren met gemeentelijke administratieve geldboetes, laat toe om het handhavingsluik van deze overtredingen in eigen handen en beheer te nemen. Bovendien kunnen nieuwe (boete)inkomsten op hun beurt rechtstreeks of onrechtstreeks bijdragen tot nieuwe structurele investeringen in mobiliteits-, veiligheids- of algemeen beleid.
Het doel van dit besluit breder is dan enkel handhaving. Meer bepaald wordt er getracht om een gedragsverandering te bereiken, waarbij passanten hun snelheid aanpassen tot de maximum toegelaten snelheid en bijgevolg de verkeersveiligheid wordt vergroot.
Op basis van de tekst van artikel 29quater van de wegverkeerswet werd een ontwerp opgesteld van “Bijzondere politieverordening betreffende de gemeentelijke administratieve geldboetes voor beperkte snelheidsovertredingen” (GAS5_model 1);
Om administratieve en inhoudelijke verwerking van de toekomstige processen-verbaal van de beperkte snelheidsovertredingen mogelijk te maken wordt voorgesteld om een samenwerking met de provinciaal sanctionerend ambtenaar aan te gaan. Hiervoor wordt een vergoeding aangerekend van 7 euro per geregistreerd dossier, onder voorbehoud van evaluatie door de provincie met als streefdoel dat de gemeenten een reële kostprijs betalen.
De volgende uitgaven en inkomsten werden voorzien in de meerjarenplanning 2020-2025, onder het budgetjaar 2023.
Omschrijving |
Gemeentelijke administratieve sanctie GAS -5 |
Beleidsitem |
0480-00 |
Algemene rekening |
6141007 |
Investeringsproject |
|
|
|
Raming uitgavekrediet |
11.600 Euro |
Beschikbaar krediet |
11.600 Euro |
Voorziene raming/kostprijs/… |
7/dossier |
|
|
Geraamde inkomsten of subsidies in het budgetjaar |
100.000 Euro |
|
|
Aannemer/Leverancier/Instantie |
Provincie Vlaams-Brabant |
|
|
Artikel 1. De gemeenteraad opteert ervoor om de beperkte snelheidsovertredingen op de plaatsen waar de snelheid is gelimiteerd tot 30 of 50 km per uur via de gemeentelijke administratieve sancties te handhaven, conform artikel 29 quater Wegverkeerswet.
Art. 2. De bijzondere politieverordening betreffende de gemeentelijke administratieve geldboetes voor beperkte snelheidsovertredingen wordt als volgt vastgesteld door de gemeenteraad
Hoofdstuk 1. Toepassingsgebied
Artikel 1. Het overschrijden van de toegelaten maximumsnelheid op plaatsen gelegen op het grondgebied van de Lubbeek wordt gesanctioneerd met een gemeentelijke administratieve geldboete indien cumulatief voldaan is aan volgende voorwaarden:
- de snelheidsovertreding wordt begaan door een meerderjarige natuurlijke persoon of door een rechtspersoon;
- het betreft een overschrijding van de toegelaten maximumsnelheid met niet meer dan 20 kilometer per uur (na correctie met technische tolerantiemarge);
- de snelheidsovertreding wordt begaan op plaatsen waar de snelheid beperkt is tot 30 of 50 kilometer per uur;
- de snelheidsovertreding wordt vastgesteld volgens de voorwaarden vermeld in artikel 62 van de wet van 16 maart 1968 betreffende de politie over het wegverkeer, met uitzondering van het zesde en achtste lid;
- de snelheidsovertreding wordt vastgesteld met automatisch werkende toestellen zoals vermeld in artikel 62 van de wet van 16 maart 1968 betreffende de politie over het wegverkeer, die volledig worden gefinancierd door de lokale overheid;
- er wordt niet gelijktijdig een andere overtreding vastgesteld.
Hoofdstuk 2: De gemeentelijke administratieve geldboete
Artikel 2. §1. De sanctionerend ambtenaar kan overeenkomstig dit reglement bij wijze van administratieve sanctie overgaan tot het opleggen van een administratieve geldboete voor de beperkte snelheidsovertredingen.
§2. De bedragen van de administratieve geldboetes voor de snelheidsovertredingen zoals omschreven in artikel 1 van deze verordening, zijn gelijk aan de bedragen vastgelegd door de Vlaamse Regering in artikel 2, 2° van het koninklijk besluit van 19 april 2014 betreffende de inning en de consignatie van een som bij de vaststelling van overtredingen inzake het wegverkeer.
Hoofdstuk 3. De administratieve procedure
Afdeling 1. Vaststelling
Artikel 3. De vaststelling van de snelheidsovertredingen zoals omschreven in artikel 1 van deze verordening gebeurt door de bevoegde personen vermeld in artikel 3 van het Koninklijk besluit 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg.
Artikel 4. Het proces-verbaal van de overtreding wordt binnen veertien dagen nadat de overtreding is vastgesteld bezorgd aan de sanctionerend ambtenaar, vermeld in artikel 6 van de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties.
Afdeling 2. Procedure voor de sanctionerend ambtenaar
Artikel 5. Binnen veertien dagen na de dag waarop de sanctionerend ambtenaar het proces-verbaal heeft ontvangen, bezorgt hij dat proces-verbaal samen met de vermelding van het bedrag van de administratieve geldboete per gewone brief aan de overtreder. De overtreder betaalt de administratieve geldboete binnen dertig dagen na de kennisgeving ervan, tenzij hij binnen diezelfde termijn zijn schriftelijke verweermiddelen bezorgt aan de sanctionerend ambtenaar. De betaling van de administratieve geldboete en het bezorgen van de schriftelijke verweermiddelen gebeuren overeenkomstig de wijze die in het betalingsverzoek is bepaald.
Artikel 6. Als de sanctionerend ambtenaar de schriftelijke verweermiddelen onontvankelijk of ongegrond verklaart, brengt hij de overtreder daarvan op de hoogte binnen dertig dagen na de dag van ontvangst van het schriftelijk verweer, met vermelding van de administratieve geldboete die moet worden betaald. In dat geval wordt de administratieve geldboete betaald binnen dertig dagen na de kennisgeving van de beslissing van de sanctionerend ambtenaar op de wijze die in het betalingsverzoek is bepaald.
Artikel 7. Als de sanctionerend ambtenaar de verweermiddelen van de overtreder niet onontvankelijk of ongegrond verklaart binnen dertig dagen na de dag van ontvangst van het schriftelijk verweer, worden die verweermiddelen geacht aanvaard te zijn.
Artikel 8. De beslissing om een administratieve geldboete op te leggen, heeft uitvoerbare kracht als ze definitief geworden is. De voormelde beslissing is definitief op één van de volgende tijdstippen:
1° dertig dagen na de kennisgeving van de administratieve geldboete, zoals bepaald in artikel 5 van deze verordening, tenzij de overtreder binnen deze termijn zijn schriftelijke verweermiddelen bezorgt aan de sanctionerend ambtenaar of beroep aantekent bij de politierechtbank
2° dertig dagen na de kennisgeving van de beslissing van de sanctionerend ambtenaar waarbij de schriftelijke verweermiddelen onontvankelijk of ongegrond worden verklaard, zoals bepaald in artikel 6 van deze verordening, tenzij degene aan wie de boete is opgelegd binnen deze termijn beroep aantekent bij de politierechtbank.
Artikel 9. Wanneer de sanctionerend ambtenaar tijdens de procedure vaststelt dat de voorwaarden om een administratieve geldboete op te leggen, zoals vermeld in artikel 1 van deze verordening, niet vervuld zijn, brengt hij de vaststeller van de overtreding daarvan op de hoogte zodat de strafrechtelijke procedure kan worden gevolgd.
Artikel 10. De sanctionerend ambtenaar, aangesteld door de gemeenteraad, staat in voor en waakt over de verwerking en afhandeling van de dossiers omtrent de beperkte snelheidsovertredingen die het voorwerp uitmaken van voorliggend reglement. De sanctionerend ambtenaar neemt in volledige onafhankelijkheid de beslissingen.
Afdeling 3. Beroep bij de politierechtbank
Artikel 11. Tegen een beslissing waarbij een administratieve geldboete wordt opgelegd kan diegene aan wie de boete is opgelegd binnen een maand na de kennisgeving van de beslissing volgens de burgerlijke procedure beroep aantekenen bij de politierechtbank.
De politierechtbank oordeelt over de wettelijkheid en de proportionaliteit van de opgelegde administratieve geldboete. Hij kan de opgelegde administratieve geldboete bevestigen of herzien. De beslissing van de politierechtbank is niet vatbaar voor hoger beroep.
Art. 3. De bijzondere politieverordening wordt bekendgemaakt zoals voorgeschreven in de artikelen 285 t.e.m. 288 Decreet Lokaal Bestuur.
Art. 4. De bijzondere politieverordening zal in werking treden vanaf 15 februari 2023.
Art. 5. Conform artikel 119 Nieuwe Gemeentewet wordt een afschrift van deze beslissing en de bijzondere politieverordening toegezonden aan de bestendige deputatie van de provincieraad binnen de 48 uren en aan de Procureur des Konings van het gerechtelijk arrondissement Leuven, evenals aan de griffie van de rechtbank van eerste aanleg Leuven en van de politierechtbank Leuven. Er wordt ook een elektronisch exemplaar overgemaakt aan de referentiemagistraat.