Sinds 1 januari 2019 is de integratie van het OCMW in de gemeente een feit. Dit houdt in dat er meer samenwerking tussen de gemeente en het OCMW moet zijn.
De bedoeling van de integratie is dat er meer afstemming, administratieve vereenvoudiging en duidelijkheid voor de burger is.
In deze optiek is het belangrijk om de werking zoveel mogelijk op elkaar af te stemmen zodat de diensten efficiënter kunnen werken.
Voor de gemeente is er al een algemeen reglement op het aanrekenen van administratieve kosten in verband met het innen van facturen toepasselijk op de retributie- en andere reglementen, huurcontracten en kohierbelastingen, goedgekeurd in zitting van 30 april 2019.
Voor het OCMW is er nog geen reglement voor het aanrekenen van administratieve kosten in verband met het innen van openstaande facturen en huurcontracten. Er werden tot op heden dan ook geen administratieve kosten aangerekend voor het versturen van openstaande facturen voor het OCMW.
Aangezien het reglement voor de gemeente reeds enkele jaren oud is dringen er zich wijzigingen op en kan er ineens een gelijkschakeling voor het OCMW gebeuren zodat er kan gewerkt worden vanuit het 'Lokaal bestuur'. 
In zitting van 30 april 2019 werd er door de gemeenteraad voor de gemeente beslist om kosten voor het verzenden van een tweede aanmaning en een aangetekende aanmaning (derde en laatste aanmaning voor mogelijk gerechtelijke vervolging) te verhalen op diegenen die laattijdig de door hun verschuldigde niet-fiscale bedragen betalen, zoals retributies, andere reglementen waarbij een vergoeding dient te worden betaald aan de gemeente en huurgelden.
De administratieve kosten werden als volgt vastgelegd:
- voor de verzending van een tweede aanmaning: 5,00 EUR
- voor een aangetekende zending (derde aanmaning): 12,50 EUR
Bij gebreke van betaling in der minne, zullen de kosten samen met het verschuldigde bedrag gerechtelijk ingevorderd worden.
Om uniformiteit te behouden werden dezelfde tarieven voor de tweede aanmaning en voor de aangetekende herinneringsbrief van de belastingen mee opgenomen in dit reglement.
De tarieven bij Bpost zijn in de loop der jaren aangepast en de kosten van papier, inkt, enveloppen, enz. zijn ook gestegen.
Het decreet Lokaal bestuur van 22 december 2017:
Om duidelijkheid naar de burger te creëren en het administratief werk te vereenvoudigen is het aangewezen om onderstaande tarieven te hanteren voor openstaande fiscale en niet-fiscale vorderingen van zowel de gemeente als het OCMW:
- aanmaning 1: gratis
- aanmaning 2: 5 EUR
- aangetekende 3de aanmaning: 15 EUR
De levensweg voor de aanmaningsprocedure wordt als volgt ingesteld:
- Voor de betaling van de factuur geldt een vervaltermijn van 30 kalenderdagen.
- Tussen aanmaning 1 en aanmaning 2 is een termijn van 15 kalenderdagen en 3 dagen wacht.
- Tussen aanmaning 2 en de 3de aangetekende aanmaning is een termijn van 15 kalenderdagen en 3 dagen wacht.
- Tussen de 3de aangetekende aanmaning en het dwangbevel voor de deurwaarder is er een termijn van 30 kalenderdagen.
De aanmaningskosten en de levensweg gelden niet voor vorderingen met betrekking tot steundossiers/terugvorderingen toegekend door het Bijzonder Comité Sociale Dienst.
Geen financiële gevolgen
Visum
Geen visum vereist
Artikel 1. Het retributiereglement FIN.001.000 - Retributiereglement op de aanrekening van administratieve kosten voor openstaande fiscale en niet-fiscale vorderingen wordt als volgt goedgekeurd:
Art. 1. De kosten voor het verzenden van een tweede aanmaning en een aangetekende aanmaning worden verhaald op diegenen die laattijdig de door hun verschuldigde fiscale en niet-fiscale bedragen betaald aan de gemeente/het OCMW.
Art. 2. De administratieve kosten worden als volgt vastgesteld:
- voor de verzending van de eerste aanmaning: 0,00 EUR
- voor de verzending van de tweede aanmaning: 5,00 EUR
- voor de verzending van een aangetekende zending (derde aanmaning/herinneringsbrief): 15,00 EUR
Art. 3. De levensweg voor de aanmaningsprocedure wordt als volgt vastgesteld:
- voor de betaling van de factuur geldt een vervaltermijn van 30 kalenderdagen
- tussen aanmaning 1 en aanmaning 2 is een termijn van 15 kalenderdagen en 3 dagen wacht
- tussen aanmaning 2 en de 3de aangetekende aanmaning is een termijn van 15 kalenderdagen en 3 dagen wacht
- tussen de 3de aangetekende aanmaning en het dwangbevel voor de deurwaarder is er een termijn van 30 kalenderdagen.
Art. 4. De aanmaningskosten en de levensweg gelden niet voor vorderingen met betrekking tot steundossiers/terugvorderingen toegekend door het Bijzonder Comité Sociale Dienst.
Art. 5. Dit retributiereglement treedt in werking op 5 november 2025 en is van toepassing voor de fiscale en niet-fiscale vorderingen opgemaakt vanaf 5 november 2025.
Art. 2. Dit retributiereglement wordt bekend gemaakt overeenkomstig artikel 286 en 287 van het Decreet over het Lokaal Bestuur.