Het gebeurt regelmatig dat voormalige inwoners in onze gemeente door omstandigheden buiten de gemeente opgenomen worden in een verzorgingstehuis of gaan inwonen bij hun kinderen en hun woning verkopen. Als deze mensen dan overlijden en toch in Lubbeek begraven willen worden wordt de kost aangerekend voor iemand die niet ingeschreven is in het bevolkingsregister, ondanks het feit dat deze personen hun hele actieve leven hier hebben doorgebracht.
Deze mistoestand kan worden aangepast door artikel 7 van het betreffende reglement aan te passen en daarin een uitzondering te maken voor voormalige inwoners die voor hun overlijden en enkel omwille van zorgredenen noodgedwongen uitweken naar een woonplaats buiten de gemeente Lubbeek.
Het gebeurt regelmatig dat voormalige inwoners in onze gemeente door omstandigheden buiten de gemeente opgenomen worden in een verzorgingstehuis of gaan inwonen bij hun kinderen en hun woning verkopen. Als deze mensen dan overlijden en toch in Lubbeek begraven willen worden wordt de kost aangerekend voor iemand die niet ingeschreven is in het bevolkingsregister, ondanks het feit dat deze personen hun hele actieve leven hier hebben doorgebracht.
Deze mistoestand kan worden aangepast door artikel 7 van het betreffende reglement aan te passen en daarin een uitzondering te maken voor voormalige inwoners die voor hun overlijden en enkel omwille van zorgredenen noodgedwongen uitweken naar een woonplaats buiten de gemeente Lubbeek.
Decreet op de begraafplaatsen 16 januari 2004;
Gemeentel¡jke politieverordening op het lijkenvervoer, de begraafplaatsen en de lijkbezorging gemeenteraad 25 mei 2005, zoals gewijzigd op gemeenteraad van 26 september 2018 tot op heden;
Huishoudelijk reglement betreffende de grafconcessies gemeenteraad 25 mei 2005, zoals gewijzigd op gemeenteraad van 26 september 2018 tot op heden;
Gemeentelijk retributiereglement op de grafconcessies gemeenteraad 25 mei 2005, zoals gewijzigd op gemeenteraad van 26 september 2018 tot op heden.
Het is logisch dat inwoners van onze gemeente, die overlijden de mogelijkheid hebben om een concessie te verwerven op een Lubbeekse begraafplaats. Omwille van zorgredenen is het mogelijk dat mensen de laatste jaren van hun leven noodgedwongen buiten de gemeente doorbrengen, en soms zelfs hun woning verkopen om de daaraan verbonden kosten te dekken.
Het is niet logisch dat deze mensen, of hun nabestaanden dan voor het bekomen van een concessie op een Lubbeekse begraafplaats het dubbele van de prijs moeten betalen.
Rekening houdend met de argumentatie van raadslid Pascale Alaerts (zie notulen gemeenteraad 25 oktober 2022) stellen we voor om artikel 7 als volgt aan te passen:
Art. 7. Als de overleden personen wier stoffelijk overschot zal worden geplaatst in een concessie zoals vermeld in bovenvermelde artikels 1,2,3 4 en 5 niet ingeschreven zijn in het bevolkings-, vreemdelingen- of wachtregister van de gemeente, worden de prijzen verdubbeld tenzij deze overleden personen voor hun overlijden minstens 20 jaar in Lubbeek gedomicilieerd waren (ingeschreven in de bevolkings-, vreemdelingen- of wachtregister van de gemeente).
In dat geval betalen zij de prijs van een inwoner.
Voor de toepassing van het voorgaande lid worden de personen die krachtens hun statuut vrijgesteld zijn van inschrijving in het bevolkings-, vreemdelingen- of wachtregister van de gemeente, gelijkgesteld met de personen ingeschreven in deze registers.
Artikel 1. Het retributiereglement op de concessies en opgravingen op begraafplaatsen van 26 september 2018 wordt ingetrokken.
Art. 2 Het retributiereglement op de concessies en opgravingen op begraafplaatsen als volgt aan te passen:
Deel I : Concessies
Artikel 1. Voor een grondconcessie in volle grond bestemd voor de begraving van niet-gecremeerde stoffelijke overschotten voor 1 of 2 personen, bedraagt de oorspronkelijke concessie voor 20 jaar: 600,00 EUR
Verlengingen van concessie kunnen:
- voor 10 jaar: 300,00 EUR
- voor 20 jaar: 600,00 EUR
Art. 2. Voor concessies voor bijzettingen in op 1 januari 2012 bestaande grafkelders of voor vernieuwing van een concessie van op alle in de gemeentelijke politieverordening vermelde begraafplaatsen wordt het bedrag van de concessies als volgt vastgesteld:
2.1. grafkelder voor 1 of 2 personen voor 50 jaar : 4.000,00 EUR
2.2. grafkelder voor 3 of 4 personen voor 50 jaar : 8.000,00 EUR
2.3. grafkelder voor 5 of 6 personen voor 50 jaar : 12.000,00 EUR
Art. 3. Voor concessies op nieuwe grafkelders die vanaf 1 januari 2012 enkel nog zelf door de gemeente worden geplaatst en uitsluitend op de centrale begraafplaats Lubbeek – Bollenberg wordt het bedrag van de concessies als volgt vastgesteld:
3.1. een grafkelder voor 1 persoon voor 50 jaar : 4.750,00 EUR
3.2. een grafkelder voor 2 personen voor 50 jaar : 5.000,00 EUR
3.3. een grafkelder voor 3 personen voor 50 jaar (één kelder): 9.500,00 EUR
3.4. een grafkelder voor 4 personen voor 50 jaar : 10.000,00 EUR
3.5. een grafkelder voor 5 of 6 personen voor 50 jaar: 15.000,00 EUR
Art. 4. Voor het plaatsen van urnen op de begraafplaatsen wordt de concessie als volgt vastgesteld:
4.1. grondconcessie voor begraven van urnen voor :
4.1.1. 1 of 2 personen voor 20 jaar : 600,00 EUR
4.1.2. 1 of 2 personen voor 50 jaar : 1.500,00 EUR
4.2. concessie voor een nis in het columbarium voor:
4.2.1. 1 of 2 urnen voor 20 jaar : 600,00 EUR
4.2.2. 1 of 2 urnen voor 20 jaar (pentagonaal perkje) : 1.500,00 EUR
4.2.3. 1 of 2 urnen voor 30 jaar (pentagonaal perkje) 2.000,00 EUR
4.2.4. 1 of 2 urnen voor 40 jaar (pentagonaal perkje) 3.000,00 EUR
4.2.5. 1 of 2 urnen voor 50 jaar (pentagonaal perkje) 4.000,00 EUR
4.3. Een verlenging van een concessie voor het begraven van urnen of plaatsing van urnen in een nis kan voor:
4.3.1. voor 10 jaar 300,00 EUR
4.3.2. voor 20 jaar 600,00 EUR
Art.5. Na 10 jaar gratis grafrust bestaat de mogelijkheid tot het nemen van een concessie voor 20 jaar waarvan 10 jaar met terugwerkende kracht, de retributie wordt vastgesteld op 600,00 EUR.
De aanvangsdatum van de concessie is dus de datum van begraving.
Art. 6. Voor de aanvraag van een naamplaatje op de gedenkzuil, voor een periode van 10 jaar, wordt de retributie vastgesteld op 75,00 EUR.
Art. 7. Als de overleden personen wier stoffelijk overschot zal worden geplaatst in een concessie zoals vermeld in bovenvermelde artikels 1,2,3 4 en 5 niet ingeschreven zijn in het bevolkings-, vreemdelingen- of wachtregister van de gemeente, worden de prijzen verdubbeld tenzij deze overleden personen voor hun overlijden minstens 20 jaar in Lubbeek gedomicilieerd waren (ingeschreven in de bevolkings-, vreemdelingen- of wachtregister van de gemeente).
In dat geval betalen zij de prijs van een inwoner.
Voor de toepassing van het voorgaande lid worden de personen die krachtens hun statuut vrijgesteld zijn van inschrijving in het bevolkings-, vreemdelingen- of wachtregister van de gemeente, gelijkgesteld met de personen ingeschreven in deze registers.
Art. 8. Concessiehernieuwingen vallen onder de modaliteiten zoals opgenomen in het huishoudelijk reglement betreffende de grafconcessies, zoals goedgekeurd in de gemeenteraad in zitting van 25 mei 2005 en gewijzigd bij zijn besluit van 26 oktober 2011.
Art. 9. Onder volgende voorwaarden wordt er vrijstelling verleend tot het betalen van de geldende tarieven voor grafconcessies (aan alle voorwaarden dient voldaan):
1) Het betreft het graf van een persoon die oud-strijder, krijgsgevangene of weggevoerde is uit één van de twee wereldoorlogen (1914-1918 en 1940-1945).
2) Het graf is enkel bestemd voor de onder in vorig lid bedoelde personen en er zijn geen bijzettingen mogelijk.
3) Het bewijs dat een overledene voldoet aan de voorwaarden vermeld in punt 1 van huidig artikel dient voorafgaandelijk door de nabestaanden geleverd, via een officieel en authentiek attest, afgeleverd door een, hiertoe door de federale overheid, gemachtigd organisme.
Art. 10. De prijs van elke concessie of de verlenging ervan moet voor dat de concessie wordt afgeleverd contant, tegen afgifte van een betalingsbewijs, of via een door het gemeentebestuur toegezonden factuur betaald worden.
Art. 11. De retributie voor een naamplaatje op de gedenkzuil moet contant, tegen afgifte van een betalingsbewijs, of via een door het gemeentebestuur verzonden factuur betaald worden.
Deel II: Opgravingen
Art. 12. De retributie voor de opgraving van stoffelijke overblijfselen bedraagt 550 euro.
Deze retributie is niet van toepassing op:
- opgravingen die worden verricht in uitvoering van rechterlijke beslissingen, behalve in geval van burgerlijke betwisting
- voor opgravingen die ambtshalve door de gemeente worden verricht.
Art. 3. Dit besluit is van toepassing vanaf 1 januari 2023.
Art. 4. Deze beslissing bekend te maken overeenkomstig artikels 285, 286 en 287 van het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017.
Art. 5. Afschrift van deze huidige beslissing wordt, voor administratief gevolg, verzonden aan de heer gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant.