Op maandag 12 december 2022 diende Rita Vrancken een aanvraag in tot plaatsing van een struikelsteen, ter nagedachtenis van haar grootvader Raymond Vrancken. Hij werd op 27 januari 1944 tijdens een vergeldingsrazzia door de Sipo-SD opgepakt in zijn woning in de Groenstraat nummer 3 in Pellenberg. Op 23 mei 1944 werd hij naar subkamp Dora en later naar subkamp Ellrich gedeporteerd. Daar vond hij in gruwelijke omstandigheden de dood, tussen 10 en 17 januari 1944 volgens het ministerie van Landsverdediging. Het is de wens van de aanvraagster om de struikelsteen te plaatsen in de stoep voor het huis, Groenstraat 3 te Pellenberg.
Naar aanleiding van deze aanvraag, werden een reglement en een retributie vastgelegd voor het plaatsen van een struikelsteen.
Artikel 1. Het reglement en de retributie voor de plaatsing van een struikelsteen worden als volgt vastgesteld:
1. Aanvraag
Art. 1. Verenigingen, instellingen, bedrijven of particulieren kunnen een aanvraag indienen voor het plaatsen van een struikelsteen.
Art. 2. Struikelstenen zijn gedenktekens ter nagedachtenis van slachtoffers van het naziregime (1933-1945). Een struikelsteen wordt geplaatst in het voetpad voor de vroegere woon- of verblijfplaats van mensen die geleden hebben onder het naziregime: gedeporteerd, vervolgd, gevlucht, vermoord of tot zelfmoord gedreven. Een struikelsteen is een betonnen steen van 10 x 10 cm met bovenop een messing plaatje waarin de naam, geboortedatum, deportatiedatum, plaats en datum van het overlijden zijn gestanst van de persoon die men gedenkt. De steen wordt gemaakt en geleverd door de stichting van kunstenaar Gunter Demnig (https://www.stolpersteine.eu/start en https://stichting-stolpersteine.nl/).
Enkel erkende struikelstenen worden toegelaten op het openbaar domein omdat de kunstenaar het auteursrecht heeft op deze stenen. Kopieën of interpretaties van deze stenen zijn niet toegelaten.
Art. 3. De aanvrager richt zijn aanvraag tot het college van burgemeester en schepenen. De aanvraag moet volgende gegevens bevatten:
a) Naam en adres van de aanvrager;
b) Naam, geboortedatum, deportatie- of arrestatiedatum, (desgevallend) plaats en datum van overlijden van de te herdenken persoon;
c) Argumentatie waarom voor deze persoon een struikelsteen wordt aangevraagd. Bij voorkeur wordt deze aanvraag gestaafd door documenten: overlijdensakte, attest van erkenning ….;
d) Adres van de woning waar de struikelsteen geplaatst dient te worden, vergezeld van een foto van het voetpad voor de woning;
e) Schriftelijk akkoord van de te herdenken persoon of van diens nabestaanden (indien van toepassing).
Art. 4. De gemeente controleert de aangereikte gegevens over de te herdenken persoon en kijkt na of de locatie geschikt is om een struikelsteen te plaatsen. Indien de gegevens niet correct blijken te zijn en/of de locatie niet geschikt is en/of de te herdenken persoon of diens nabestaanden niet akkoord gaan, kan geen toelating worden gegeven voor het plaatsen van een struikelsteen.
2. Plaatsing van de struikelsteen
Art. 5. Indien toelating wordt verleend, brengt de gemeente de eigenaar en bewoner van de woning waarvoor de struikelsteen geplaatst kan worden, hiervan op de hoogte. Dit is informatief; de eigenaar/bewoner kan de beslissing van de gemeente om de struikelsteen toe te laten in het openbaar domein niet doen wijzigen.
Art. 6. De gemeente zorgt voor de plaatsing van de struikelsteen en dit binnen de 6 maanden na goedkeuring van de aanvraag. Indien de praktische uitvoering onmogelijk lijkt op de aangegeven plaats of op het afgesproken moment binnen de voorziene termijn van 6 maanden, neemt de gemeente opnieuw contact op met de aanvrager om samen een nieuwe plaats of een ander moment vast te leggen. Na de plaatsing behoort de struikelsteen tot het openbaar domein.
3. Financiële afspraken
Art. 7. De aanvrager is zelf verantwoordelijk voor de aankoop van de struikelsteen bij de stichting van kunstenaar Gunter Demnig.
Art. 8. De aanvrager betaalt een vergoeding van 75 euro voor de plaatsing van de struikelsteen door de gemeente.
4. Aansprakelijkheid
Art. 9. De gemeente is niet aansprakelijk voor normale slijtage, beschadiging of verdwijning van de steen door toedoen van derden.
Art. 10. De gemeente kan niet garanderen dat de steen, door eventuele herinrichting van de openbare weg en/of het openbaar domein, of bij uitvoering van wegen- en nutswerken, zal worden teruggeplaatst. Indien blijkt dat de steen niet op dezelfde plaats kan worden teruggeplaatst, dan zoekt de gemeente naar mogelijkheden om de steen een andere gepaste locatie te geven.
Art. 11. Door het indienen van de aanvraag verklaart de aanvrager zich akkoord met dit reglement.
Artikel 2. Dit reglement bekend te maken overeenkomstig de artikels 286, 287 en 288 van het decreet lokaal bestuur.