Motivatie behandeling weg: deze voetweg is aangeduid in de Atlas de buurtwegen van Pellenberg. Het is noodzakelijk om zowel de juridische als de feitelijke toestand met elkaar in overeenstemming te brengen.
In de atlas staat beschreven dat Voetweg 45 volgende verbinding maakte: Sentier de l'église de Pellenberg à Lovenjoul. Ten tijde van de opmaak van de atlas was deze voetweg bekend onder de naam Chemin de Melse. In de atlas is hij opgedeeld in 2 delen:
1. kaartblad 4, gaande van perceel 64 tot en met 68.
2. kaartblad 6, gaande van perceel 86 tot en met 29.
Hij was 1,65m breed en over zijn totale lengte 930m lang.
Landmeter Jan Bogaerts van landmeterskantoor Landmeetbureau Bogaerts, Ledigheid 34, 3210 Lubbeek werd aangesteld voor de opmaak van het rooilijnplan tot gedeeltelijk verplaatsen van Voetweg 45 te Pellenberg.
Voor de schatting van de waardevermindering of –vermeerdering werd, volgens de decretale bepalingen, landmeter Dirk Vanderwegen van Landmeterskantoor Vanderwegen BVBA, Rotspoelstraat 160, 3001 Heverlee aangesteld.
Het plan en schattingsverslag werden samengevoegd tot een dossier voor gedeeltelijk verplaatsen van Voetweg 45 uit de Atlas der Buurtwegen van Pellenberg.
De gemeenteraad heeft in zitting van 27 augustus 2024 het rooilijnplan gedeeltelijke opheffing en gedeeltelijke verplaatsing van Voetweg 45 te Pellenberg voorlopig vastgesteld.
Het college van burgemeester en schepenen werd gelast met de organisatie van het openbaar
onderzoek overeenkomstig artikel 18 van het decreet houdende de gemeentewegen.
Het openbaar onderzoek ging door van 20 september 2024 tot en met 21 oktober 2024.
Het college van burgemeester en schepenen nam kennis van het PV van sluiting van dit openbaar
onderzoek.
Er werden 4 bezwaarschriften ingediend die als bijlage toegevoegd zijn.
Voetweg 45 bevindt zich
- deel1 aan het Stenenbergwegje: ter hoogte van de Kerkweg en de Kleine Ganzendries, en ligt op de kadastrale percelen 39C, 39A, 40X, 44D, 51 C en 28C. De voetweg is open en toegankelijk op de kadastrale percelen 39C, 39A, 40x en 44D. Op het perceel 51 C en 28 C wordt de voetweg niet op de juiste ligging uit de Atlas der buurtwegen gebruikt.
- deel2 aan de Sint-Barbaradreef begint ter hoogte van de woning nr. 4 en loopt door velden tot aan de losweg die aansluiting geeft op voetweg nr. 17 te Bierbeek: tussen de Ganzendries en voetweg 17, en ligt op de kadastrale percelen 98R, 98 E3, 98P3, 98Y2, 104G, 104K, 104L en 116B. De voetweg is niet zichtbaar en niet toegankelijk op deze kadastrale percelen.
Het eerste deel van voetweg 45 (aan de kerk) is één van de oudste voetwegen van Lubbeek. Het komt al voor op de kaart van Villaret (1745-1748) en is ononderbroken in gebruik geweest. De doorgang in de kerkmuur is getuige van de historische ligging van deze weg. De kerk en de doorgang dragen bij aan de erfgoedwaarde van de weg.
Het tweede deel van voetweg 45 komt niet voor op kaarten die ouder zijn dan de Atlas der Buurtwegen. We vinden dit deel van de weg nog op de kaart van Vandermaelen en de topokaart uit 1873. In 1904 blijft nog een stukje van het oorspronkelijk traject aansluitend op de losweg zichtbaar. Vanaf 1939 is dit deel van voetweg 45 niet meer zichtbaar op kaarten. Ook op luchtfoto's zien we geen spoor meer van dit deel van de weg. Op basis daarvan kan verondersteld worden dat dit deel van de voetweg al ruim 100 jaar niet meer in zijn volledigheid in gebruik is.
In de kompasnota wordt door de participanten gepleit voor verkeersveilige verbindingen van het centrum van Pellenberg naar de site van het UZ Pellenberg, waar ook aansluiting gevonden wordt op waardevolle natuurgebieden. Wenslijnen 38 en 70 lopen indirect in de buurt van dit deel van de weg. Deel 1 is hierbij een zeer belangrijke schakel in de trage verbinding tussen de kern van Pellenberg en de site van het UZ. Gezien het feit dat het zuidelijke deel van de weg al 100 jaar niet meer in gebruik is, vervult dit deel van de weg op dit moment geen verbindingsfunctie.
Deel 1: het 'Steenbergwegje' maakt deel uit van de Koeboswandeling en ligt tussen de wandelknooppunten 526 en 527. Met de kerk en het oude kerkhof als bezienswaardigheid op het tracé van deze voetweg, wordt deze ook toeristisch interessant.
Deel 2: Gezien het feit dat dit deel van de weg al 100 jaar niet meer in gebruik is, ligt er op de weg ook geen recreatieve wandel-of fietsweg. Het wandelknooppuntennetwerk gebruikt in dit gebied andere paden.
Deel 2 van voetweg 45, van aan de Sint-Barbaradreef rechts van nr. 4 tot aan voetweg 17, ligt volgens het originele gewestplan Leuven (7/4/1977) voor het grootste deel in agrarisch gebied (code 00_0900). Enkel de percelen 98R3 en 98E3 liggen in gebied voor gemeenschapsvoorzieningen.
Voetweg 45 in Pellenberg werd opgenomen in de dading met de heer Van Damme als te behandelen weg.
Voetweg 45 te Pellenberg werd opgenomen in het trage wegen-actieplan op de kaart Cat1. met als doel hem te openen.
Deel1 wordt voor een klein deel op een andere manier gebruikt dan op het bestaande plan is voorzien. De juridische en feitelijke toestand wordt hier met elkaar in overeenstemming gebracht. Voor Deel 2 wordt voorgesteld om een nieuwe verbinding te creëren tussen de Ganzendries en de Sint-Barbaradreef. Het voorstel sluit de Gazendries aan op voetweg 18 om zo een alternatieve trage verbinding te creëren naar de nieuwe school. Door voetweg 45 af te schaffen op de kadastrale percelen 98R3, 98E3, 98Z4, 98B5, 104N, 104K, 104L en 116B en hem voor een deel op de kadastrale
percelen 98B5 en 98Z4 te verplaatsen naar de perceelsgrens wordt een schakel gecreëerd in deze veilige verbinding.
Er komen geen nutsleidingen op private eigendommen te liggen door de wijziging van deze gemeenteweg.
Er werd met de geïnteresseerde betrokken eigenaars overlegd om tot een gedragen oplossing te komen.
Met brief d.d. 19/9/2023 werden de eigenaars ingelicht over de concrete procedure en de berekening van meer- of minwaarde.
Er werden vier bezwaren ingediend tegen het rooilijnplan gedeeltelijke opheffing en gedeeltelijke verplaatsing van Voetweg 45 te Pellenberg.
Ze handelden over de gevolgde procedure, beschrijving, gewenste toestand, motivatie van het dossier en meer algemene opmerkingen.
De volledige bezwaarschriften werden als bijlage bij dit agendapunt toegevoegd. In wat volgt worden de elementen van de bezwaren thematisch besproken. Voor de duidelijkheid groeperen we de opmerkingen voor de twee wegstukken in dit dossier (Deel 1 = steenwegje; deel 2 = ganzendries – sint-Barbaradreef). In italics staan letterlijke citaten uit de bezwaarschriften.
Bezwaarindiener 1 formuleert vragen ivm de beschrijving van dit deel van de voetweg.
" Volgens Geopunt vertrekt de voetweg 45 op de Kleine Ganzendries 2 om langs de piramidewoning af te buigen en dan halfweg de berg aan te takken op het bestaande Steenbergwegje. Volgens Geopunt loopt voetweg 45 niet langs Kleine Ganzendries 8. Ik begrijp dat in 1988 de voetweg officieel verlegd werd (uw mail hieronder) langs de perceelgrenzen, maar meen dat die in realiteit -wellicht om redenen van veiligheid en afwatering- in rechte lijn werd aangelegd, volgens het tracé dat het Steenbergwegje momenteel volgt.”
Er ontstaat verwarring met verschillende kaarten die mensen kunnen raadplegen: de kaartlaag op Geopunt (Atlas der Buurtwegen) geeft de ligging van de buurt/voetwegen weer zoals ze rond 1840 werden vastgelegd. In de 180 jaar die erop volgden werden sommige wegen gewijzigd. Zo ook dit deel van voetweg 45. Het is inderdaad zo dat we met deze procedure de juridische toestand van de weg willen in overeenstemming brengen met het feitelijk gebruik van de weg.
Bezwaarindiener 3 merkt op “We hebben toch wat opmerkingen over het gebruik van de trage weg komende van de kerk naar de Kleine Ganzendries. Het zou de gemeentelijke diensten sieren moesten ze eens bij minder goede weersomstandigheden deze weg gebruiken. Verkeersveilig misschien wel maar valpartijen zijn echt niet uit te sluiten. En we spreken als zeer ervaren stappers uit ervaring!”
De gemeentelijke diensten zijn zich bewust van de toestand van het Steenbergwegje: het is een steil - avontuurlijk padje … Voetwegen zijn natuurlijke wegen en gaan met de glooiingen van het landschap mee. Het is pas wanneer het traject juridisch ondubbelzinnig vastligt dat vragen van beheer aan de orde zijn.
Bezwaarindiener 1 spreekt zijn steun uit voor het gekozen tracé: “Het fysiek verleggen van het Steenbergwegje met een knik langs de huidige perceelsgrenzen is absurd, niet alleen omwille van de zinloze kost maar ook omdat daarmee voor fietsers (mountainbikers) een gevaarlijke bocht wordt gecreëerd en de afwatering bij felle regen voor schade kan zorgen. Tegen het verleggen van het Steenbergwegje langs de perceelgrenzen wens ik bezwaar aan te tekenen. "als optie 1 niet haalbaar blijkt te zijn, kan een verlegging van de voetweg worden overwogen." Het is voor mij evident dat de voetweg dan officieel verlegd wordt naar de huidige locatie. Dit is dan een administratieve oplossing die, indien nodig, gepaard kan gaan met het aanpassen van de perceelsgrenzen (wij zijn bereid daarvoor te compenseren). Optie 3 bestaat erin te overwegen de voetweg af te schaffen." Ik denk dat eenieder verkiest de bestaande ligging van het Steenbergwegje te behouden.”
Bezwaarindiener 2 merkt op “Procedureel ben ik tenslotte van oordeel dat het schattingsverslag mee gepubliceerd moet worden - zodat, overeenkomstig de decretale toelichting, een volledig beeld beschikbaar is van de financiële gevolgen van het wijzigingsvoorstel waarbij dat, indien nodig, ook bekritiseerd kan worden. Dit is kennelijk niet gebeurd (niet beschikbaar op de webpagina: https://www.lubbeek.be/bekendmaking-voorlopige-vaststelling-rooilijnplanvoetweg-45-pellenberg). Zodat ik dit ook als tekortkoming inzake publiciteit aanmerk.”
Het decreet voorziet dat het rooilijnplan onderworpen wordt aan een openbaar onderzoek. Het schattingsverslag maakt hier geen deel van uit. Het is wél zo dat een van de voorwaarden van het RLP is (art 16) dat "een berekening van de eventuele waardevermindering of waardevermeerdering van de gronden ten gevolge van de aanleg, wijziging of verplaatsing van een gemeenteweg overeenkomstig artikel 28".
Op de website worden de schattingsverslagen niet publiek gemaakt owv privacy. Het schattingsverslag werd wel degelijk voorgelegd aan de gemeenteraad zodat zij zich konden uitspreken over de financiële impact. De financiële informatie had echter op het plan moeten staan.
Bezwaarindiener 2 betreurt het feit dat de feitelijke weg niet meegenomen werd in de beschrijvende context: “Kan u even verduidelijken waarom de bestaande weg die 'losweg' (tussen Weg 17 ten zuiden en Ganzendries ten noorden) wordt genoemd niet in de verplaatsingsprocedure betrokken wordt en een publiek statuut krijgt? (ZIE BEELDEN HIERONDER: het geviseerde gebied: uit de (twee onderste) topografische kaarten van 1946 en 1982 blijkt alvast dat die weg ononderbroken al die tijd aanwezig was.)
Wat zal het toekomstig lot van die losweg zijn?
Het lijkt mij minstens een gebrekkige voorstelling van de feitelijke toestanden op het terrein deze feitelijke weg niet in ogenschouw te nemen en bij de beoordeling te betrekken: er wordt voor zover ik kan opmaken met geen woord over gerept! (Ik voeg er meteen aan toe dat ik nog niet opnieuw ter plaatse ben geweest.)
Het is onzorgvuldig voorbereid wegens het feit dat redelijkerwijs niet uit te leggen valt waarom het voorlopig besluit maar zeer terloops melding maakt van de 'losweg' in het verlengde van Weg 17. Deze weg geeft weliswaar verder westwaarts op de Ganzendries uit; het stoort evenwel dat hij, gegeven het feit dat hij een feitelijk bestaand alternatief vormt voor het grotendeels afschaffen van Pad 45, niet verder besproken wordt: tenslotte ligt hij er tientallen jaren als feitelijke verbinding tussen bestaande openbare wegen. In beginsel zou hij het voorwerp van 30-jarig publiek gebruik kunnen vormen, zodat hij zelfs reeds als gemeenteweg te beschouwen zou zijn. In het andere geval wordt de beperkte verzwaring van de last voor de eigenaar(s) wegens publiek gebruik (en de overeenkomstige kost) op het eerste zicht ruim gecompenseerd door het publiek belang van het behoud van die verbinding.”
Het voorliggend dossier gaat over voetweg 45. De bedoelde feitelijke weg maakt geen deel uit van dit dossier, en moet dus niet besproken worden. Wat we er zouden kunnen over schrijven is hypothetisch. Dat wil niet zeggen dat hij bij het tot stand komen van deze beslissing over het hoofd werd gezien. Onder het punt recreatieve rol van voetweg 45 wordt de losweg aangehaald (andere wegen), zonder hem evenwel te vernoemen. De beslissing om deze beschrijving zo te formuleren, en er geen andere wegen zonder statuut, nominatief in te vernoemen, werd genomen naar aanleiding van een bezwaarschrift in de procedure van voetweg 32 te Linden. Daar werd bezwaar gemaakt tegen het nominatief vernoemen van een losweg, terwijl die geen deel uitmaakt van het dossier.
Ook bezwaarindiener 4 merkt op dat de feitelijke weg belangrijk is: “Er dient opgemerkt te worden dat de Ganzendries in de 19-de eeuw (Atlas der Buurtwegen) nog niet het tracé zoals we dat we dat nu kennen volgde. Ook de Sint-Barbaradreef bestond nog niet.
De Vonnebroekstraet stopte vroeger op de plaats waar de Misweg begon, maar de weg loopt al meer dan 78 jaar (zeker van voor 1946) verder tot aan de Ganzendries. Doordat deze feitelijke weg in het verlengde deel van de Vonnebroekstraet tot voor kort op een straat zonder fiets- of voetpad (Ganzendries-Pellenbergstraat) uit kwam, werd deze (trage) weg minder frequent gebruikt. Door de aanleg van het fietspad naast de Ganzendries nam het gebruik ervan, vooral bij fietsers (mountainbikers) toe. Dat kunnen we vaststellen op onderstaande recente heatmap van Strava.”
Het verlengde van de Vonnebroekstraat maakt geen deel uit van het dossier van voetweg 45, vandaar dat dit niet beschreven werd.
Bezwaarindiener 3 formuleert opmerkingen ivm het gekozen tracé en suggereert om het gekozen tracé ook helemaal te verlaten en Papenveld te gebruiken als toegang: “Wat het nieuw aan te leggen deel van de trage weg tussen Ganzendries en de school betreft, geen probleem. Alleen vermoeden wij dat hier weer ingegrepen wordt zonder kennis van de lokale situatie. Dat is trouwens ook zo gebeurd bij de aanleg van het nieuwe kruispunt tussen de Sint-Barbaradreef en de Ganzendries. Zonder rekening te houden met de opmerkingen van de plaatselijke bewoners. Met het gevolg dat bussen en vrachtwagens de bermen moeten gebruiken om gedraaid te geraken. We zouden eigenlijk een schadeclaim bij de gemeente moeten indienen voor de schade die elke schok van dit verkeer aan onze woningen aanbrengt. Bij deze een uitnodiging om te komen kijken.
Is dit kruispunt nog niet onoverzichtelijk genoeg dat er een bijkomende oversteekplaats moet aangelegd worden? Of moet deze nieuwe weg aangelegd worden om meer leerlingen uit Lovenjoel aan te trekken of om een extra gemakkelijke ontsnappingsweg te creëren voor de ongewenste bezoekers die wij op regelmatige tijdstippen bij ons mogen ontvangen. De PV ’s kunnen jullie inkijken bij de politie. Toegegeven, de leegstand(lees opzettelijke verkrotting) op Sint-Barbaradreef 6 (eigendom KUL) nodigt ongure elementen al 5 jaar uit om er gezamenlijk te genieten van allerlei genotsmiddelen en draagt zo ook bij tot een gevoel van onveiligheid in de buurt.
Veel gemakkelijker en minder kostelijk zou het zijn indien men aan de bushalte Papenveld het bestaande zebrapad (eventueel met verkeerslicht op aanvraag)gebruikt om de zwakke weggebruikers naar het Papenveld te loodsen en daar een fietsstraat aan te leggen tot aan de school. De fietsende studenten hebben deze veilige doorsteek trouwens al lang gevonden.
Deze straat wordt letterlijk door één buur één maal per dag gebruikt. Je kan dus bezwaarlijk spreken over een gevarenzone. Bovendien kan tussen de bomen een aangename wandelweg aangelegd worden die parallel loopt met de Sint-Barbaradreef. Vele wandelaars stappen nu al over het gras richting school. Jullie zouden hen daarmee echt veel plezier doen. Voor de heer Van Damme alleen moeten jullie het echt niet doen! Bijkomend voordeel is dat deze weg bij donker weer mee kan genieten van de verlichting van de Sint-Barabaradreef en het Papenveld.
De keuze om voetweg 45 te verleggen zoals voorzien in dit dossier, is ingegeven door de keuzes en afwegingen die gemaakt worden in het mobiliteitsdossier voor de hele site.
Het door de bezwaarindiener aangehaald punt van het indraaien van bussen en vrachtwagens is een van de redenen om te voorzien in een van de Barbaradreef gescheiden toegang voor fietsers.
Bezwaarindieners 2 en 4 betreuren de aanzienlijke inkorting van voetweg 45:
4: “De voorgestelde gedeeltelijke opheffing en gedeeltelijke verplaatsing van voetweg 45 reduceert dit gedeelte van de voetweg niet alleen met 368 m, maar het is vooral door de teloorgang van de verbinding Vonnebroekstraet - Ganzendries/Sint-Barbaradreef dat er heel wat mogelijkheden mislopen worden. Er zijn immers meerdere redenen om een andere verbinding tussen zowel de Sint-Barbaradreef als de Ganzendries en de feitelijke weg in het verlengde van de Vonnebroeckstraet te realiseren.”
1°) Functionele verbindingswaarde
- De schoolgaande jeugd (en hun ouders) die van het deel van het dorp ten westen van de Ganzendries komen (de grote meerderheid) zou best op geen enkel moment de drukke Ganzendries volgen, maar enkel kruisen! (Liefst met extra veiligheidsmaatregelen.)
- Ook personeelsleden van de UZ Leuven Campus Pellenberg (revalidatiecentrum) zullen van deze veilige over- en doorsteek gebruik maken.
- De site zal in de toekomst allicht nog uitgebreid worden met o.a. een sporthal. Een toename in gebruik vergroot het belang van de meest veilige verbinding.
2°) Recreatieve verbindingswaarde
- De leerlingen van de gemeentelijke basisschool kunnen ook in westelijke richting wandelen zonder op de Ganzendries te komen.
- Recreanten die uit de richting van Lovenjoel komen, hetzij via de Vonnebroekstraet, hetzij via de Pellenbergstraat kunnen het fietspad met de voorbijrazende wagens (gedeeltelijk) mijden. Op het fietspad rijden de (snelle) fietsers in beide richtingen en daardoor geeft dat toch nog een gevoel van onveiligheid bij wandelaars (er is geen voetpad) en eventueel ook bij ruiters. Uiteraard geldt dit ook in omgekeerde richting.
- Buurtweg 45 is een belangrijke schakel om tot een aaneengesloten netwerk van trage wegen te komen. Door ook het gedeelte tot aan de losweg (verlengde Vonnebroekstraat) te behouden kan er bovendien een mooie en veilige wandellus gecreëerd worden naar de natuurgebieden in de Molenbeekvallei.
Door de Misweg opnieuw te openen op onderstaand verlegd tracé (blauwe lijnen) kunnen meerdere ‘conflictsituaties’ vermeden worden. Varenberg is daarbij cruciaal. Trage weggebruikers zouden immers best aan Varenberg oversteken. Komende vanaf de Ganzendries zouden ze daarna richting feitelijke weg ofwel richting Sint-Barbaradreef kunnen afbuigen. Daardoor zijn de losweg en de Sint-Barbaradreef ook verbonden waardoor de Ganzendries kan vermeden worden en is men dus niet afhankelijk van een hoofdweg. Dat is in het voorgestelde verlegde tracé (rode stippellijn) nog steeds het geval. De argumentatie bij de aftoetsing aan artikel 3 van het gemeentewegendecreet (p.5) is in tegenspraak met hetgeen zou gerealiseerd worden. Ook de argumentatie bij de aftoetsing aan artikel 4 van het gemeentewegendecreet (p.6) is niet correct, want de voorgestelde verplaatsing respecteert de geest van het bewaren van een verbinding op deze plek niet.
Dit tracé volgt bijna volledig de perceelsgrenzen. Enkel een kort stukje van ongeveer 40 m kruist een akker. Het gedeelte van buurtweg 45 vanaf de oversteek aan Varenberg tot aan de Sint-Barbaradreef (aan de Zandstraat) mag zeker niet geploegd worden, want dan verliest de weg zijn functionele verbindingswaarde. Door te opteren voor een ‘halfverharde’ waterdoorlatende ondergrond kan de weg in alle weersomstandigheden met de fiets bereden worden.
We kunnen dus concluderen dat voetweg 45 een bijzonder grote functionele en tevens recreatieve verbindingswaarde heeft.
Geachte Burgemeester, geachte Schepenen, om al deze redenen vraag ik jullie dan ook om de gedeeltelijke opheffing en gedeeltelijke verplaatsing van voetweg 45 te Pellenberg te herzien.
Meer algemeen ben ik er van overtuigd dat u de grote waarde en de diverse mogelijkheden inziet van het herwaarderen van buurtwegen in onze gemeente. Een fijnmazig, aaneengesloten netwerk zet mensen niet alleen aan om meer te bewegen, maar het is ook een grote toeristische troef voor een gemeente met als slogan ‘T(r)oeven in rustig groen’.
Ik hoop dan ook dat u alle mogelijkheden die deze buurtwegen bieden in de toekomst maximaal zult benutten en werk zult maken van het in ere herstellen van onze buurtwegen.”
2: “Uiteindelijk houdt het voorstel onbetwistbaar in dat van Pad 45 weinig overblijft - hetgeen op zich op gespannen voet staat met de decretale principes.”
De gemeente is zich bewust van de mogelijkheden voor functionele en recreatieve verbindingen in dit gebied. Diverse opties werden ook onderzocht om een verbinding tussen voetweg 18 en 17/Ganzendries te realiseren, maar deze zijn in de huidige tijdsgeest niet realiseerbaar. Het louter bestaan van 3 voetwegen in dit gebied laat toe om ze in de toekomst nog te verlengen of te verleggen.
Door de ontwikkeling van de schoolomgeving op de UZ-site is er een grote behoefte aan een veilige fietsverbinding tussen de woonkern van Pellenberg en de site. De verbinding tussen de Ganzendries en voetweg 18 draagt hiertoe bij. Het verleggen van een deel van de voetweg 45 naar de perceelsgrens van 103F en 104K creëert een rustige parallel-verbinding met de Ganzendries.
Bezwaarindiener 2 merkt onvolkomenheden op in de argumentatie van het dossier: “Het Gemeentewegendecreet voorziet erin dat voorrang gegeven wordt aan behoud boven wijziging en aan verplaatsing boven afschaffing (principe van de 'Ladder van Lansink' – zie parlementaire toelichting, zie overigens ook: artikel 3, doel van het decreet en artikel 4, principes waarmee rekening dient te worden gehouden
Verder zijn uiteraard op een bestuursbeslissing als deze ook de beginselen van behoorlijk bestuur, waaronder het zorgvuldigheidsprincipe, het zuinigheidsprincipe (beperking van de schade). Bij het gebruik maken van haar appreciatievrijheid moet de overheid steeds aan ernstige belangenafweging doen op grond van volledige en juiste feiten, in casu voornoemde principes toepassend, het algemeen belang behartigend. Naar mijn oordeel is uw voorstel onzorgvuldig voorbereid en overdreven afbrekend, onnodig en disproportioneel nadelig voor het trage wegennetwerk bij toepassing van voornoemde principes.”
De gemeente is van mening dat verschillende elementen van algemeen belang wel degelijk meegenomen werden in de afweging ladder van Lansinck: bij afweging intern werden verschillende elementen van algemeen belang wel degelijk meegenomen.
De gemeente kan niet alle mogelijke alternatieven mee opnemen in beslissing. Het klopt dat er weinig overblijft van voetweg 45 - maar behoud is wel degelijk bekeken, gezien de nabijheid van voetwegen 17 en 18 zal ook in de toekomst gezocht worden naar verdere verbindingen.
“Het is in casu evident dat, wat de toekomstige behoeften betreft, naast de recreatieve ook de functionele in het bijzonder veiligheidsoverwegingen in rekening worden gebracht, in casu in het bijzonder in relatie tot de herlocatie van de lagere school van Pellenberg (voormalige woning de Maurissens). Daarover lees ik bijzonder weinig in uw besluit.”
De keuze om voetweg 45 te verleggen zoals voorzien in dit dossier, is ingegeven door de keuzes en afwegingen die gemaakt worden in het mobiliteitsdossier voor de hele site. In het voorstel sluit de Ganzendries aan op voetweg 18 om zo een alternatieve trage verbinding te creëren naar de nieuwe school. Door voetweg 45 af te schaffen op de kadastrale percelen 98R3, 98E3, 98Z4, 98B5, 104N, 104K, 104L en 116B en hem voor een deel op de kadastrale percelen 98B5 en 98Z4 te verplaatsen naar de perceelsgrens wordt een schakel gecreëerd in deze veilige verbinding.
Bezwaarindiener 4 kadert zijn opmerkingen in een algemeen pleidooi voor trage wegen in het algemeen en voetweg 45 in het bijzonder: “Zoals u wellicht ook wel weet is het in Vlaanderen niet zo goed gesteld met het netwerk van buurtwegen. Tal van buurtwegen, voetwegels, kerkwegen, jaagpaden,… zijn verdwenen, werden (vaak illegaal) afgesloten of worden niet onderhouden. Het verdwijnen van buurtwegen en andere trage wegen is een spijtige zaak. Trage wegen hebben immers heel wat mogelijkheden en voordelen voor de inwoners van onze gemeente. Buurtwegen kunnen vooreerst ingeschakeld worden in recreatieve wandel- en fietsroutes. Veldwegen en kerkwegels zijn ideaal voor de vele wandelaars en fietsers die op een rustige manier van het landschap en de natuur willen genieten. Trage wegen hebben daarnaast een belangrijke cultuurhistorische waarde. Bijna alle trage wegen zijn historische verbindingen. Als trage wegen verdwijnen, gaat dus ook een deel van ons ‘collectief geheugen’ verloren.
Verder zijn veldwegen, zeker in Vlaanderen, van belang voor natuurontwikkeling. In het dichtbebouwde Vlaanderen zijn de overblijvende natuurgebieden klein en versnipperd. Trage wegen zorgen voor een ecologische verbinding tussen natuurgebieden, waardoor tal van planten en dieren zich kunnen verspreiden over een groter gebied.
Trage wegen kunnen tot slot gebruikt worden als veilige verbindingen voor zwakke weggebruikers. Buurtwegen kunnen zeker voor korte afstanden, een alternatieve en verkeersveilige route bieden voor bijvoorbeeld schoolgaande kinderen. Heel wat trage wegen verbinden dorpskernen onderling en met gemeentelijke centra. Buurtwegen kunnen daardoor een belangrijke hulp zijn in de strijd tegen verkeersonveiligheid.
Ook voetweg 45, de zogenaamde ‘Sentier de messe’ (Misweg) waarvoor nu een aanvraag tot gedeeltelijke opheffing en gedeeltelijke verplaatsing loopt is belangrijk voor onze gemeente.”
De gemeente onderschrijft het belang van voetwegen en doet zijn best om in functie van deze geest voor elke voetweg afzonderlijk een afweging tussen de realiseerbaarheid en het algemeen belang te doen.
“Bovendien wordt bij de voorbereiding - tevens in het licht van voornoemd functioneel gegeven - de Varenberg aan de overzijde in dezelfde zone evenmin besproken; hoewel deze weg manifest niet zonder belang is in functie van een eventuele aansluiting met een verplaatst pad 45 ten zuiden van de Ganzendries, met aansluiting op de Sint Barbaradreef.”
Het geheel van de toegang tot de school werd wel degelijk meegenomen in de afwegingen, maar omdat hier geen concrete beslissingen over zijn, kunnen deze ook niet vermeld worden. Het voorliggend plan is in overeenstemming met de voornemens in de mobiliteitsstudie van de site Pellenberg.
Bezwaarindiener 2 besluit: “Het voorstel geeft blijk van onvolledigheid en onzorgvuldigheid bij de voorbereiding: belangrijke omgevingsfactoren worden niet belicht en in rekening gebracht.
Er wordt onvoldoende gekeken naar alternatieven die minder afbraak van het trage wegennetwerk meebrengen en die tegelijk - in het bijzonder - inspelen op de toekomstige behoeften/functionaliteit inzake (veilige) verplaatsingen van/naar de lagere school op site de Maurissens.”
De gemeente is van mening dat verschillende elementen van algemeen belang wel degelijk meegenomen werden in de afweging ladder van Lansinck: bij afweging intern werden verschillende elementen van algemeen belang wel degelijk meegenomen.
De gemeente kan niet alle mogelijke alternatieven mee opnemen in de beslissing. Het klopt dat er weinig overblijft van voetweg 45 - maar behoud is wel degelijk bekeken, gezien de nabijheid van voetwegen 17 en 18 zal ook in de toekomst gezocht worden naar verdere verbindingen.
3: “Vermits binnen enkele maanden de nieuwe school in Pellenberg zal in gebruik genomen worden vinden wij het uitstekend dat de gemeenteraad zich gebogen heeft over een veilige toegang voor onze jeugd en hun ouders. Ondertussen wordt eindelijk het dossier van de trage wegen 43 & 45 na ongeveer 10 jaar opgelost.
Met dank aan de heer Van Damme( sic). Het heeft de gemeenschap al meer dan voldoende gekost aan tijd en middelen. We vragen ons af of er geen dringender bezigheden zijn voor onze administratie en verkozenen.”
Deze opmerking hoeft geen weerlegging.
Voetweg 45 is in het gemeentelijk actieplan opgenomen als een Cat1 weg, met als doel: Te openen.
De prijzen van het schattingsverslag moeten aangevuld worden op de plannen. Na de nodige acties van de landmeter zullen deze op het plan aangevuld worden.
Voor deel 1 van de voetweg 45 (Steenbergwegje) zal door de verlegging de juridische toestand van de weg in overeenstemming gebracht worden met het feitelijk gebruik van de weg.
De gemeente leert dat de plannen bij de principiële beslissing duidelijker moeten aangeven dat de planbeschrjivende toestand en feitelijke toestand kunnen verschillen. Op deze manier zijn de plannen beter interpreteerbaar door de inkijkers bij het openbaar onderzoek.
Het 2de deel van de voetweg 45 (ten zuiden van Ganzendries) wordt voor een groot deel afgeschaft, maar behoud ervan is wel degelijk bekeken, gezien de nabijheid van voetwegen 17 en 18 zal ook in de toekomst gezocht worden naar verdere verbindingen.
Een fijnmazig routenetwerk voor voetgangers is een cruciaal onderdeel van een duurzaam lokaal mobiliteitsbeleid. De herwaardering van deze voetweg komt tegemoet aan de behoefte van zachte mobiliteit.
De financiële impact van de procedurele aspecten van dit dossier omvatten dossierkosten voor de opmaak van het planmateriaal en de opmaak van het schattingsverslag, en de kosten voor bekendmaking van het openbaar onderzoek en de genomen beslissingen.
Artikel 1. Kennis te nemen van de inhoud van de bezwaarschriften die werden ingediend tegen het rooilijnplan tot gedeeltelijke opheffing en gedeeltelijke verplaatsing van Voetweg 45 te Pellenberg.
Art. 2. Het ontwerp van het rooilijnplan tot gedeeltelijke opheffing en gedeeltelijke verplaatsing van voetweg 45 te Pellenberg, opgesteld door Landmeter Jan Bogaerts van landmeterskantoor Landmeetbureau Bogaerts, Ledigheid 34, 3210 Lubbeek, wordt definitief vastgesteld.
Art. 3. Akkoord te gaan om voetweg 45 te Pellenberg gedeeltelijk gedeeltelijk op te heffen en gedeeltelijk te verplaatsen zoals aangeduid op het definitief rooilijnplan.
Art. 4. Het schattingsverslag ter bepaling van de meer- of minderwaarde bij gedeeltelijke opheffing en gedeeltelijke verplaatsing van voetweg 45 te Pellenberg, opgesteld door landmeter Dirk Vanderwegen van Landmeterskantoor Vanderwegen BVBA, Rotspoelstraat 160, 3001 Heverlee wordt definitief vastgesteld.
Art. 5. Tegen deze beslissing kan binnen een termijn van 30 dagen een administratief beroep worden ingesteld bij de Vlaamse overheid, overeenkomstig art. 24 en art. 25 van het decreet gemeentewegen van 3 mei 2019.
Art. 6. Het college te gelasten met de uitvoering van dit besluit overeenkomstig art. 22 en art. 23 van het decreet houdende de gemeentewegen van 3 mei 2019, en behoudens administratief beroep, met de afhandeling van de gedeeltelijke opheffing en gedeeltelijke verplaatsing van voetweg 45 te Pellenberg, overeenkomstig art. 28 en art. 29 van het aangehaalde decreet.
Art. 7. Op onderhavig besluit zijn de bepalingen van het algemeen bestuurlijk toezicht, opgenomen in het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen van toepassing.